Fossielvrij reizen, werken en wonen. Het is de grote uitdaging en oplossing voor een aantal prangende problemen waar we als mensheid voor staan. De afspraken die in Parijs in 2015 werden gemaakt om klimaatverandering in de hand te houden zijn voor Nederland vertaald naar het Klimaatakkoord. In het akkoord is voor verschillende sectoren in onderhandelingen aan deeltafels vastgesteld welke doelen en acties zullen moeten worden gerealiseerd. Dit om over te schakelen op schone bronnen, dus niet oliegebaseerd.
Aan de Mobiliteitstafel is afgesproken om in te zetten op elektrisch rijden, alternatieve brandstoffen, 0-emissiezones in stedelijk gebied en zuinige banden. Er wordt fors ingezet op grootschalige elektrificatie van het vervoer. Publiek en particulier, goederen en personenvervoer. Om de gestelde klimaatdoelen te realiseren moeten er voldoende elektrische auto’s beschikbaar komen. Vooralsnog wordt ingezet op het huidige model waarbij particulieren individueel een auto tot hun beschikking hebben.
Afgelopen week las ik een zeer belangwekkend rapport over de metaalvraag van elektrisch vervoer. De studie bevat een aantal zeer behartigenswaardige conclusies en aanbevelingen. Uitgaande van een eerlijk deel van de wereldwijze jaarproductie van belangrijke kritieke metalen zijn er grenzen aan de mogelijkheden. Van een aantal cruciale metalen is om allerlei redenen een tekort te verwachten. Een deel van de metalen is schaars, in handen van een klein aantal landen en het aantal winningslocaties beperkt en het opstarten van mijnbouw en vervoer vragen jaren tijd. Daarnaast zijn die metalen ook nodig voor toepassingen als zonnepanelen, windturbines en elektronica.
Om toe te werken naar mobiliteit en vervoer die én fossielvrij is en rekening houdt met beperkingen in grondstoffen geeft het rapport een aantal oplossingsrichtingen. Deze vragen nu al om keuzes om te voorkomen dat we nieuwe afhankelijkheden beperken en elektrificatie op een behoorlijke en eerlijke manier mogelijk maken. Een kleiner aantal individuele e-auto’s vraagt om andersoortig vervoer. Het recept is dan ook stimuleren van deelauto’s, vervoer op maat en natuurlijk stevige inzet op hoogwaardige collectieve vormen van vervoer zoals bus en trein.
De komende jaren wordt het busvervoer in Overijssel in hoge mate elektrisch, de laatste spoorlijnen idem. Nu komt het er op aan om zoveel mogelijk mensen te laten kiezen voor deze vormen van vervoer, bij voorkeur in combinatie met fietsgebruik. Overigens hoeft die laatste beslist niet altijd elektrisch te zijn, dat scheelt immers batterijen.
In Provinciale Staten zullen we als fractie er alles aan doen om openbaar vervoer breed toegankelijk, veilig én betaalbaar te organiseren. Dat betekent een stevig debat met gemeenten, inwoners en partners over de noodzaak om met visie en oog voor de lange termijn de goede dingen te doen. Duidelijk is dat we daarmee heel belangrijke voorwaarden scheppen voor de noodzakelijke oplossingen voor een leefbare en bereikbare samenleving in deze eeuw.