De provincie Overijssel trekt 1,8 miljoen extra uit voor de bestrijding van laaggeletterdheid. Het provinciebestuur wil de komende jaren flink werk maken van het verbeteren van basisvaardigheden als lezen, schrijven en rekenen. Dat is te lezen in de Perspectiefnota 2022, het document waarin de provincie de ontwikkelingen voor het komend jaar uiteenzet.
Laaggeletterdheid is een groot en hardnekkig probleem. In Nederland hebben 2,5 miljoen mensen van 16 jaar en ouder moeite met lezen, schrijven of rekenen. “Mensen die niet goed kunnen lezen of schrijven hebben bijvoorbeeld moeite met solliciteren, of ze kunnen hun kinderen niet helpen met huiswerk,” zegt Annemieke Wissink van de PvdA Overijssel. “Zo wordt zo’n achterstand van generatie op generatie doorgegeven. En de drempel om hulp te zoeken, helemaal op latere leeftijd, is vaak hoog.”
Te vrijblijvend
In januari schreef de Sociaal-Economische Raad Overijssel nog kritisch over de aanpak van laaggeletterdheid door de provincie. Die was volgens de Raad “te versnipperd” en “te vrijblijvend”. Wissink: “We hebben toen samen met SP en de ChristenUnie aan de bel getrokken. Alle Overijsselaars moeten kunnen lezen en schrijven. Dat is zó belangrijk om mee te kunnen doen, om dezelfde mogelijkheden te kunnen benutten. Het moest dus echt beter. Heel goed dus om te zien dat gedeputeerde De Witte de aanbevelingen ter harte neemt en nu al met flinke investeringen komt.”
Invulling
De provincie gaat nog toelichten hoe de 1,8 miljoen straks ingezet wordt. Maar Wissink heeft wel ideeën. “Er zijn in Overijssel al heel veel initiatieven om laaggeletterdheid te bestrijden, via bibliotheken, taalambassadeurs en taalcoaches. Soms met professionals, maar vaak met vrijwilligers. Help die mensen om meer mensen te helpen. Kijk wat zij van ons nodig hebben, en regel het. Dat is bij uitstek een rol voor de provincie.”