In Nederland hebben 2,5 miljoen mensen moeite met lezen, schrijven en rekenen. Vaak vinden zij het ook moeilijk om met computers, telefoons en andere apparaten om te gaan. Mensen die niet goed kunnen lezen of schrijven lopen tegen allerlei problemen aan. Ze hebben moeite met solliciteren, ze kunnen hun kinderen niet helpen met huiswerk, of begrijpen niet wat er in de brief van de dokter staat. Het kopen van een treinkaartje, zoeken naar een onbekend adres, en reageren op een appje zijn al enorme uitdagingen. Laaggeletterdheid is een probleem dat je elke dag tegenkomt en dat je elke dag op achterstand zet.
Ik vind het verschrikkelijk dat er zoveel mensen zijn die hier dagelijks tegenaan lopen. Dit raakt de kern van waarom ik de politiek in ben gegaan. Ik wil dat iedereen volwaardig mee kan doen in onze maatschappij. Ik wil dat iedereen kansen krijgt om zich te ontwikkelen. Basisvaardigheden als lezen en schrijven zijn het fundament waarop gelijke kansen gebouwd zijn. Het is een basis die van groot belang is om je verder te kunnen ontwikkelen, om mogelijkheden te zien en te grijpen, om te begrijpen wat er om je heen gebeurt en om daar gelijkwaardig over mee te kunnen praten.
2,5 miljoen Nederlanders lukt dat niet. Deze mensen staan daardoor continu op een enorme achterstand en dat is onrechtvaardig. Daarom gaan we er wat aan doen. De provincie Overijssel trekt 1,8 miljoen uit om laaggeletterdheid te bestrijden, en andere basisvaardigheden te verbeteren. Dat doen we samen met gemeenten, bedrijven, scholen en bibliotheken. Deze week stelden we vast wat we met dat geld gaan doen. Er moet flink wat werk verzet worden. Daarom zetten we hoog in.
Over drie jaar:
- Heeft elke Overijsselse gemeente een breed plan om de basisvaardigheden van inwoners te verbeteren;
- Zijn minstens 30 belangrijke Overijsselse bedrijven begonnen met het geven van scholing aan werknemers;
- Hebben minstens 1.000 werknemers via een ‘taalroute’ een arbeidscontract gekregen bij een werkgever;
- Hebben minstens 500 mensen buiten hun werk om een taaltraject gevolgd.
Bovendien maakt de provincie het bevorderen van basisvaardigheden onderdeel van alle projecten die ze uitvoert, en van de contracten die ze afsluit. Zo zetten we alles op alles om de vaardigheden van onze inwoners te verbeteren.
Ik word hier heel blij van. We geven een flinke steun in de rug van al die mensen die zich via scholen, bibliotheken en taalpunten al jaren inzetten om lezen en schrijven te bevorderen. En we werken samen met onze inwoners aan de vaardigheden die hen de basis geeft om mee te kunnen doen. Alle Overijsselaars moeten kunnen lezen en schrijven. Ik denk dat we met dit programma onze provincie weer een stapje mooier en eerlijker maken. En daar ben ik trots op!