Een opmerkelijk Teletekst-bericht op 10 januari: “Opnieuw drukte in natuurgebieden“. Door de sluiting van horeca, de IKEA, bioscopen, theaters etc. en de beperkingen om bij elkaar op bezoek te gaan herontdekken veel Nederlanders de natuurgebieden als manier om toch even het huis te ontvluchten. Ik kwam zelfs tweets tegen dat dit hét signaal is om meer natuurgebieden aan te leggen, gelijk aan de reflex van een aantal politieke partijen om bij files meer asfalt aan te willen leggen. En deze drukte was er niet alleen in de Randstad, ook bij mij in de buurt zie ik regelmatig volle parkeerplaatsen bij natuurgebieden.
Ik was altijd al een regelmatige bezoeker van de natuur en in deze hectische tijden doet het extra goed om in de buitenlucht te zijn. Ik ben natuurlijk wel benieuwd hoe dat is voor de mensen die het nu ‘noodgedwongen’ doen. Ik hoop dat ondanks de drukte en overlast die het her en der veroorzaakt dat veel mensen hiervan een gewoonte maken. Het is een compliment voor iedereen die hard gewerkt heeft aan onze natuur. Maar ook voor de mensen zelf hoop ik het. Onderzoek van bijvoorbeeld de Universiteit Wageningen toont aan hoe gezond groen en natuur is. Gezondheid is nu natuurlijk een ontzettend actueel thema, en zal dat ook in de toekomst zijn.
Maar naast een goede gezondheid gun ik mensen ook de bijzondere ervaringen, zelfs de verwondering, die je kunt opdoen in de natuur. Deze week verscheen er een filmpje van wolven op de Veluwe, bij daglicht en in hoge kwaliteit, en ik zag op sociale media dat de meerderheid hoopte dit ooit eens in het echt te mogen zien. Ik herinner me ook nog een bezoek met PS (en enkele anderen) waarbij we hertenbronst bekeken, niet toevallig ook op de Veluwe. Dat moment dat politici van verschillende huize met allemaal verschillende opvattingen even stil worden als het dominante hert zich luidruchtig meldt op de weide toont aan hoeveel indruk dit maakt. Zo weet ik ook nog de eerste keer dat ik een ijsvogel zag, bijna bovenop een vos stappen of een spechtennest observeren waarbij vader en moeder specht af en aan vliegen met voedsel voor de jongen. En daarvoor hoef je dus echt niet urenlang in een vliegtuig te zitten!
Het natuurbeleid ligt sinds een aantal jaar voor een groot deel bij de provincie. Vanuit onze fractie maken we ons, natuurlijk samen met anderen, hard voor een goede bescherming van de kwetsbare natuur, maar ook voor landschapsbeheer en groen in én dichtbij de stad. De huidige drukte in de natuur is voor mij een teken dat we met deze inspanningen door moeten gaan. Dus ook als we weer naar de bioscoop of de buurtbarbecue kunnen en mogen hoop ik toch regelmatig een goedgevulde parkeerplaats (al is de fiets natuurlijk beter) bij de natuurgebieden te zien.