“Helft jongeren niet vies van kernenergie” kopt Trouw op 25 januari 2021. Dit blijkt uit representatief onderzoek van Kieskompas onder ruim 11.000 respondenten. Jongeren in de leeftijd van 18 tot 35 jaar steunen de stelling dat er meer in kernenergie moet worden geïnvesteerd. Van de oudere respondenten steunt ongeveer 40 procent deze stelling.
Kernenergie is in Overijssel recent onderwerp geweest van een aantal kennissessies, aangezwengeld door de fracties aan de rechterflank (VVD, FvD, PVV). Een aantal deskundigen heeft licht laten schijnen op de mogelijke rol van kernenergie in de energietransitie. De kansen (weinig ruimtegebruik, veel energievoorraad, continue energielevering) en bedreigingen (afval, zeer hoge kosten, heel lange ontwikkeltijd, geen partijen die nu willen instappen). Ook de rol van Thoriumreactoren, een type kernreactor dat veel nadelen niet zou hebben, is uitgelicht. Omdat Thoriumreactoren nog vele tientallen jaren aan ontwikkeltijd vragen, is het niet realistisch hierop in te zetten.
Als PvdA ondersteunen wij de verdere ontwikkeling van kernenergie niet. Daarmee sluiten wij aan bij het PvdA-verkiezingsprogramma 2021 én bij de wens van onze kiezers: uit hetzelfde onderzoek in Trouw blijkt dat 56% van onze achterban tegen meer kerncentrales is (24% voor en 19% neutraal).
Overigens gaan wij in Provinciale Staten helemaal niet over kernenergie. Wij gaan wél over de uitrol van de energietransitie met duurzame bronnen. Wij steunen volop de doelstellingen in het klimaatakkoord en willen die doelen zelfs versnellen (55% duurzame energie in 2030). Dat betekent dat vaart gemaakt moet worden met de ontwikkeling van plannen voor wind- en zonne-energie. En ja, dit zal invloed hebben op onze leefomgeving. In het afwegingsproces van welke energiebronnen waar moet de balans worden gezocht tussen inpasbaarheid in het landschap, kosten en draagvlak bij Overijsselaars.
Deze balans stelt ons voor een aantal dilemma’s: vanuit kostenoogpunt én vanuit robuuste energievoorziening, ligt het optimum voor de energietransitie bij 80% windenergie en 20% zonne-energie. Tegelijkertijd is de weerstand van omwonenden tegen windmolens groter dan tegen zonneparken. Hoe wegen wij de belangen van onze burgers die nabij windparken wonen en de directe overlast ervan ondervinden, bijvoorbeeld in de vorm van horizonvervuiling, tegen die van onze burgers elders die vooral ook baat hebben bij een energietransitie tegen de laagste kosten?
Dat brengt ons op de invulling van het begrip draagvlak, dat veel verschillende gezichten heeft: het is maar wie je het vraagt!
De Rekenkamer Oost-Nederland heeft hierover in november het interessante rapport ‘Inspannen voor draagvlak’ gepubliceerd. Naast ‘draagvlak’ onderscheidt de rekenkamer ook de termen ‘acceptatie’ en ‘participatie’. Het verschil is dat bij acceptatie er begrip is voor de noodzaak van (bijvoorbeeld) het windpark, maar dat daarmee het plan zelf niet per se wordt ondersteund. Participatie vervolgens heeft een dubbele betekenis: het kan gaan om meepraten en meedoen in de plannenfase, maar ook om het financieel participeren in de exploitatiefase van bijvoorbeeld een zonnepark. Participatie (in beide betekenissen) is een manier om tot draagvlak en/of acceptatie te komen.
In de komende maanden zullen we verdere stappen moeten zetten rond de energietransitie: op 1 juli 2021 moeten de RES-regio’s Twente en West-Overijssel hun plannen inleveren. Tot die tijd zullen wij nog een aantal dilemma’s het hoofd moeten bieden. Samen met de PvdA-energiewoordvoerders in de gemeenteraden zullen wij maximaal sturen op ambitie in de energietransitie en acceptatie bij onze mede-Overijsselaars.