Met minder dan twee maanden te gaan voor de verkiezingen stellen veel mensen ongetwijfeld de vraag waar we precies voor stemmen. Ik geef daarom graag een inkijkje in het werk dat een Statenlid doet. De afgelopen maanden hebben we in zowel de commissie landbouw als de themacommissie voor de Nieuwe Omgevingsvisie goed bezette inspraakrondes gehad. Deels vanuit belangengroepen, maar ook van individuele inwoners en ondernemers. Voor mij is dat een duidelijk signaal dat we besluiten nemen die van invloed (kunnen) zijn om iemands dagelijks leven. Als Provinciale Staten proberen we die signalen zoveel mogelijk te betrekken in de uiteindelijke besluitvorming, maar het komt ook voor dat in de brede belangenafweging het balletje uiteindelijk toch de andere kant op rolt.
Een van de dingen waar ik de afgelopen vier jaren het meest mee bezig ben geweest zijn de provinciale inpassingsplannen (afgekort: PIP) voor de Ontwikkelopgave Natura 2000. In gewoon Nederlands: een plan waarin we alle fysieke maatregelen buiten en binnen een natuurgebied opnemen (sloten dempen, bomen weghalen, bemesting op sommige percelen stoppen), eventueel de bestemming van percelen veranderen en we beschrijven hoe we schade afhandelen. Bij het opstellen van die plannen staan we als Provinciale Staten wel enigszins aan de zijkant; in 2013 is besloten om boeren, natuurbeheerders, gemeenten, waterschappen en soms ook andere belanghebbenden samen deze plannen te laten schrijven, met aan de voorkant een aantal voorwaarden waar het plan aan moet voldoen (de belangrijkste is echter wel dat de natuurdoelen zoveel mogelijk leidend zijn).
Elk definitief plan is een compromis waarbij niemand exact weet hoe het tot stand is gekomen. Als het plan dan voor je neus ligt en tegelijkertijd spreken er (mogelijke) belanghebbenden in merk je wel dat hoe goed een proces ook verlopen is, er altijd emoties zijn. Er kunnen honderd goede redenen zijn om jouw grond onder water te zetten, maar het blijft jouw grond. Om als politicus de juiste beslissingen te nemen, maar ook voldoende (na)zorg te geven blijft altijd een uitdaging maar het geeft je wel het gevoel dat je met wezenlijke zaken bezig bent. Je kunt er echt toe doen voor zowel het algemeen belang maar ook de individuele burger. Eind januari hebben we een PIP met enkele amendementen, waaronder een van mij, op details toch nog kunnen aanpassen om daarmee de gevolgen voor een aantal bewoners iets weten te beperken.
Omdat dit echter niet vanzelfsprekend is maakt de keuze van de kiezer in maart echt wel een verschil!