Door op 21 februari 2014

Nieuw plan nodig voor oplossen grondproblemen gemeenten

Gemeenten in Overijssel zitten in zwaar financieel weer en dat zal naar verwachting komende jaren zo blijven. Grondpositie en overprogrammering in de sfeer van woningbouw en realisering bedrijventerreinen vormen een blok aan het been. De provincie wil te hulp schieten en daarvoor voerde Gedeputeerde Staten een verkenning uit naar de mogelijkheden voor een grondfonds. Dit statenvoorstel met 2 varianten of werkwijzen is onlangs besproken in een commissie. Het resultaat: variant 1 goedgekeurd en nummer 2 afgewezen. GS moeten met een nieuw voorstel komen.

De PvdA-statenfractie is het eens met intentie van provincie om gemeenten te helpen zodat ze beter in staat zijn zelf hun grondproblemen op te lossen en financieel meer lucht krijgen. Maar gemeenten moeten ook voldoende financiële ruimte hebben en gebruiken om investeringen te kunnen blijven doen. Die gemeentelijke investeringen zijn hard nodig om het economisch herstel te bevorderen en banen te scheppen.

De PvdA kan zich in vinden in werkwijze variant 1: herformuleren. Dat betekent een actieve rol voor de provincie om te komen tot herformulering van ruimtelijke opgaven op gebied van wonen en werken.

De provincie doet dat met gemeenten en private partijen (projectontwikkelaars, woningcorporaties, etc.) Het is goed dat zij samen om tafel gaan zitten. Zeker als dat ook in regionaal verband gebeurt.

Resultaat moet zijn: een zo goed mogelijke match tussen kwalitatieve en kwantitatieve vraag en aanbod van plannen en projecten. Dat betekent meer strategisch programmeren, zoals Netwerkstad Twente dat prima doet. Maar niet over de hoofden van de burgers en ondernemers heen. Zij moeten participeren in planvorming.

Deze werkwijze moet volgens ons structureel ingevoerd worden. De provincie heeft hierin sterke rol om te sturen op kwaliteit en om knopen door te hakken. Waar nodig moet de provincie volgens ons meer gebruik maken van haar doorzettingsmacht. Denk aan het instrument van het Provinciaal Inpassingsplan (PIP). Er moet een stok achter de deur zijn.

Daarnaast zijn er ook wijzigingen in Omgevingsvisie/verordening nodig. Dat houdt in dat het ruimtelijk beleid van de provincie aangepast moet worden zodat er meer ruimte komt voor nieuwe bestemmingen op “overbodige gronden”.

De PvdA heeft voorgesteld om deze variant “herformuleren” , verder uit te werken in een nieuw voorstel. Dat gaat ook gebeuren. Gedeputeerde Boerman heeft toegezegd in maart een uitgewerkt plan bij Provinciale Staten in te dienen.

Kritiek op Grondfonds

De PvdA-fractie is minder te spreken over de tweede werkwijze. In deze variant 2 koopt de provincie onrendabele gronden van de gemeenten op tegen boekwaarden. De bestemming op deze gronden wordt gewijzigd, afgewaardeerd, in agrarisch of natuur. De gemeenten worden verplicht als tegenprestatie in 8 tot 10 jaren een stevige financiële bijdrage te leveren in een onduidelijk provinciaal investeringsfonds. Wij vinden deze opzet complex, weinig transparant, en lang niet voor alle gemeenten bruikbaar. Hier worden hooguit symptomen opgelost. Het is een eenmalige megatransactie. Niets meer dan dat.

De PvdA-fractie heeft veel kritiek op dit voorstel.

Alleen gemeenten profiteren die nu forse grondproblemen hebben. Andere gemeenten die realistisch hebben geprogrammeerd of de afwaardering van hun gronden al gerealiseerd hebben, vallen buiten de boot. Dat is onacceptabel.

Er is hier sprake van vermenging van rollen en petten: aan de ene kant de provincie als toezichthouder en regisseur en anderzijds de provincie als deelnemende partij in deze constructie; als grondbezitter en geldverstrekker. Dat is riskant. Dat kan spanningen opleveren tussen de provincie en de gemeenten.

Er is onduidelijkheid over financiële verplichting van gemeenten. Zij zouden met de provincie afspraken moeten maken over hun bijdragen aan provinciale investeringen. Dat betekent gewoon: betalen voor een vaag investeringsfonds van de provincie. En dat voor periode van 8 tot 10 jaren.

Welke gemeente gaat zo’n verplichting aan? Investeren in het huidige coalitieprogramma: Kracht van Overijssel? Voor 10 jaar?!

Daar komt nog bij dat dit onderdeel slecht is onderbouwd. Gemeenten zijn hiermee onvoldoende geholpen. De financiële problemen van de gemeenten worden uitgesmeerd over langere periode. Gemeenten betalen hun eigen rekening. Ja, dat noemen we sigaar uit eigen doos. Variant 2 levert nauwelijks investeringsruimte voor gemeenten op. En dat is voor PvdA juist wel van wezenlijk belang. Wij willen meer waarde-creatie, andere bestemmingen voor gronden waar wel vraag naar is.

In gesprek met BZK

De provincie Overijssel is in gesprek met ministerie BZK (Binnenlandse Zaken) over wijziging BBV (Besluit Begroting Verantwoording) die het mogelijk maakt dat gemeente de afwaardering van hun gronden in 1 klap uitvoeren en de verliezen, het eventuele negatief eigen vermogen, niet in 4 maar in maximaal 10 jaren oplossen. Dat is een goed alternatief.

Wij hebben gedeputeerde Boerman gevraagd zich extra hard te maken hiervoor. Dat heeft hij toegezegd. Sterker nog: hij is positief over de uitkomst van het overleg met BZK.

Dit zou een doorbraak betekenen want gemeenten zouden hun grondproblemen zo zelf goed kunnen oplossen en dan is een grondfonds van de provincie helemaal niet meer nodig.

Investeringsfonds gemeenten

Dan zijn we er nog niet, want het probleem blijft dat gemeenten misschien net hun hoofd boven water kunnen houden, maar nauwelijks mogelijkheden hebben om te investeren. Vorig jaar lanceerde de PvdA een initiatief voor een Investeringsfonds voor Gemeenten. Het was opvallend dat in de statencommissie diverse fracties het hadden over zo’n investeringsfonds.

De PvdA wil dit idee met nog andere suggesties uitwerken in een nieuw plan waarmee gemeenten worden gestimuleerd te blijven investeren in de samenleving.