De omgevingsvisie: Overijsselse ruimte voor iedereen!

15 september 2021

Hoe vertel je in duidelijke taal iets over een ingewikkeld onderwerp, zó dat iedereen het begrijpt en je de complexe werkelijkheid geen geweld aandoet? Ik stel deze vraag omdat ik mij in Provinciale Staten onder andere bezighoud met de herziening van de Omgevingsvisie. Er is een kans dat u als lezer na dit woord al afhaakt, wat ik zowel begrijpelijk als erg jammer zou vinden.

In de Omgevingsvisie leggen wij vast hoe we willen dat onze openbare ruimte eruit ziet en gebruikt kan worden. Niet alles kan (overal) en sommige functies zijn lastig te combineren. Een woonwijk pal tegen een lawaaiige fabriek vindt niemand een goed idee natuurlijk. Voor een deel schrijft nationale wetgeving voor wat wel en niet kan, dus dat is nog niet eens het lastigste. Maar voor een groot deel draait het ook om allerlei wensen en opgaven een plek te geven in onze provincie. Juist daar is het waar verschillende belangen en opvattingen elkaar raken.

Als provinciale politiek hebben we vier rode draden geformuleerd waarin de nieuwe visie moet voorzien: duurzaamheid, sociale kwaliteit, ruimtelijke kwaliteit en gezondheid. De grote uitdagingen zijn daarbij klimaatadaptatie, mitigatie en nieuwe energie; perspectief voor de landbouw en ontwikkeling van natuur; en verstedelijking en mobiliteit. Ook in deze column ontkom ik helaas niet aan beleidsjargon…

Niet alleen draait het om de keuzes die we uiteindelijk maken (of laten maken, want ook burgers en organisaties zijn betrokken), maar ook om de rol die we als provincie kiezen. Zijn we sturend en proactief of bewaken we vooral de randvoorwaarden, en leggen we het initiatief verder bij onze inwoners? Uit een evaluatie blijkt dat er zowel behoefte is aan de mogelijkheid om lokaal aan maatwerk te kunnen doen en tegelijkertijd vooraf duidelijke kaders te stellen, zodat iedereen weet waar ze aan toe zijn. U leest het; onze inwoners, organisaties en bedrijven hebben ons flink huiswerk gegeven en dan tel ik nationale opgaven als de regionale energiestrategieën, natura 2000 en de landbouwtransitie nog niet eens mee.

Onze fractie is het eens met de rode draden en de uitdagingen die de basis vormen voor de nieuwe omgevingsvisie. Voor onze inhoudelijke wensen en inzet verwijs ik naar ons verkiezingsprogramma en het coalitieakkoord. Op dit moment denk ik heel erg na over hoe we dit het beste kunnen bereiken. In mijn optiek zijn een aantal van de huidige crises (het tekort aan betaalbare woningen, droogte en wateroverlast en het stikstofprobleem) ook te wijten aan een overheid die (te) veel heeft vertrouwd op markt en burger. Een politieke filosofie waar de burger en de maatschappij er zijn om de problemen van de politiek op te lossen, in plaats van andersom. Dat moet voor de toekomst toch echt anders!