4 september 2013

Lef om te investeren in andere economie

Gepubliceerd in dagblad Tubantia op 31 augustus 20013.

Lef om te investeren in andere economie

De ‘prijsindex’, de huizenprijs, loonontwikkeling, prijs van bouwgrond of de verkoopcijfers in de autohandel. Dat zijn de ‘barometers aan de muur’ van teveel politici en bestuurders. Maar als beleid vooral wordt gebaseerd op de ‘procentpunten’ van indices uit het verleden komen we geen stap verder in de toekomst. Het is tijd dat overheden, met name de steenrijke provincies, bereid zijn te investeren in de onzekere toekomst. Veel commentaren op de huidige crisis gaan uit van de veronderstelling dat wat er was, waardevoller is dan wat komen gaat. Massaal wordt gehoopt dat de consumentenuitgaven weer gaan stijgen en de motor van de economie weer gaat draaien en dat alles weer gaat groeien. Maar de idee van een oneindige groei is extreem irrationeel. Het maakt dat de mens zich ontwikkelt tot een parasiet, een plaag. Dat zal niet kunnen doorgaan.

De financiële crisis komt voort uit het systeemfouten van het verleden, uit gedragingen op basis van een logica die niet houdbaar is gebleken. De huidige crisis is dan ook dé uitgelezen kans om een fundamenteel andere weg te kiezen. Daarbij kan en moet de politiek een leidende rol spelen.

De heftigheid en ‘diepte’ van de crisis vragen om het opnieuw ontwerpen van onze samenleving, bijna als met een schone lei. Dat vraagt om twee essentiële uitgangspunten. Allereerst moeten alle ‘verworvenheden’ uit het verleden ter discussie kunnen komen te staan, hoezeer we ons daar ook mee verbonden hebben. Ten tweede moet de politiek onzekerheid omarmen, in plaats van steunen op zekerheden die achterhaald blijken. We geven twee voorbeelden hoe vooral provincies – als kapitaalkrachtige overheidslaag – dit in de praktijk kunnen brengen.

Dit vraagt om een nieuwe kijk op ‘mobiliteit’. Geld voor de aanleg van wegen, zoals recent een kwart miljard euro voor twee provinciale wegen (N340 en N377), zal blijken niet rendabel te zijn. Immers, de groei van automobiliteit is niet meer vanzelfsprekend. Steeds meer mensen werken (deels) thuis en de tijd dat de werknemers massaal om 8.00 uur en 17.00 uur in de auto stapten is voorbij. Autobezit kost veel geld. Onder jongeren blijkt autobezit minder belangrijk te worden en de fiets, elektrisch of niet, beleeft een enorme opmars. De investeringen in mobiliteit zouden mee moeten veranderen met de geschetste ontwikkelingen in mobiliteit. Dat betekent dat investeringen in asfalt vooral gericht moet zijn in investeringen in infra voor openbaar vervoer, fiets en digitale bereikbaarheid.

De ‘oude’ economie van voor de crisis die vooral gericht was op exploitatie, op winst en groei voor de korte termijn, is funest voor onze samenleving. Het bouwen op en ondersteunen van bestaande industrieën, gebaseerd op oneindige groei, biedt geen toekomst.

Er zal geïnvesteerd moeten worden in een andere ‘nieuwe’ economie. Een economie die we samen lokaal of regionaal moeten opbouwen. Als Overijssel aanhaakt bij de geschetste ontwikkeling, dan richten we ons op bijvoorbeeld de kenniseconomie rond Universiteit Twente en Saxion / Windesheim. Provinciale middelen zetten we in voor fundamenteel onderzoek met als uitkomst dat nieuwe producten en diensten ontstaan. Een economie die gebaseerd is op het hergebruik van grondstoffen, die gericht op een duurzame kwaliteit van leven. Waarbij het regionale bedrijfsleven gestimuleerd wordt om samen met de kennisinstellingen daadwerkelijk toekomst-vaste diensten en producten te ontwikkelen. Het opbouwen van de ‘nieuwe’ economie vraagt om continuïteit bij de inzet van middelen, het accepteren van een lange looptijd waarin veel initiatieven moeten opbloeien maar ook zullen sneuvelen.

Stevig stimuleren van fundamenteel onderzoek zonder dat iemand je kan vertellen hoeveel dat zal opleveren!

Maar het allerbelangrijkst; het vraagt om politici en bestuurders met visie en lef. Lef om te accepteren dat van de tien projecten die gestart worden slechts enkele succesvol worden. Lef om te investeren terwijl rendement niet is gegarandeerd. Lef om te investeren en kapitaal beschikbaar stellen ten dienste van de maatschappij en een betere toekomst. Dat is de grootste hobbel.

Tijs de Bree en Dick Buursink