Ik volg al een aantal maanden het twitteraccount @onderhoudsarmoe, dat op een ironische manier aandacht vraagt voor het grote aantal volledig betegelde tuinen. Iets dat zich zeker niet beperkt tot kleine tuintjes in (voormalige) volksbuurten, maar ook is overgesprongen naar bungalows en zelfs villa’s. Vier Overijsselse gemeenten, waaronder helaas ook mijn eigen gemeente (Dinkelland) staan in de top 10 van meest versteende gemeenten. En dat in een provincie die zich de ‘tuin van Nederland’ noemt! Veel mensen zien tuinieren kennelijk als een tijdrovende, vermoeiende activiteit (uit eigen ervaring moet ik toegeven dat dit niet altijd geheel onwaar is).
Tegelijkertijd zijn er ook heel veel mensen en organisaties bezig deze trend te keren. Operatie steenbreek, het NK Tegelwippen, het aanleggen van geveltuintjes, allemaal voorbeelden om op lokaal niveau voor meer groen te zorgen. Het (volledig) verharden van tuinen heeft namelijk veel nadelen, waar niet alleen de bewoner last van heeft, maar juist ook de omgeving. Tuinen met veel verharding laten de temperatuur in de omgeving harder stijgen en kunnen veel slechter omgaan met regenbuien. Door klimaatverandering moeten we juist rekening houden met extremere hitte en wateroverlast. En een groene omgeving is ook erg gezond, dat hebben we afgelopen jaar wel gezien toen veel parken en natuurgebieden werden overspoeld door mensen die even hun huis of appartement wilden ontvluchten.
We verwachten dat overheden, inclusief waterschappen adequaat inspelen op klimaatverandering. Zowel het voorkomen ervan, maar ook dat de omgeving erop is aangepast als de klimaatdoelen onverhoopt toch niet gehaald worden. Overheden zijn echter niet almachtig (gelukkig maar), dus de vraag is hoe we de inwoners onderdeel kunnen maken van de oplossing en niet van het probleem. Regelmatig hoor en lees ik een pleidooi voor tegeltaks, maar ik heb daar toch wel moeite mee. Het financieel ‘afstraffen’ van ongewenst gedrag treft vooral burgers met een kleine portemonnee en het staat niet op voorhand vast dat de opbrengsten van een tegeltaks ook daadwerkelijk worden gebruikt voor klimaatadaptatie. Ook blijkt uit onderzoek dat boetes niet altijd leiden tot gedragsverandering, maar juist tot het idee dat je een schuld kunt afkopen, als een moderne aflaat. Bovendien beperk je het handelingsperspectief van de inwoners tot een puur financiële afweging, terwijl je ook wil werken aan het bewustzijn en het verantwoordelijkheidsgevoel. Uit eigen ervaring weet ik dat het veel leuker is om mensen te adviseren en te stimuleren dan een boetepreek af te steken.
Normaal gesproken is dit het moment in een betoog om wel met de ideale oplossing te komen, waardoor alle problemen als sneeuw voor de zon verdwijnen. Helaas heb ik die inmiddels nog niet kunnen bedenken. Elk heeft namelijk zo zijn nadelen. Een maximaal toegestaan percentage aan verhard oppervlakte klinkt als een duidelijke maatregel, maar hoe ga je dan om met daktuinen, groene daken of bijvoorbeeld stapstenen in een verder onverharde tuin? En willen we dan controleurs met meetwielen en rolmaten de wijk insturen?
Stimuleringscampagnes hebben meestal maar een tijdelijk effect, zeker als het budget tijdelijk is. En bereik je daarmee wel iedereen of juist de mensen die er toch al mee bezig zijn?
De definitieve oplossing laat misschien nog even op zich wachten, maar in ieder geval helpt het als overheden en politici tot die tijd het goede voorbeeld geven. Daarom stop ik nu met schrijven en ga ik weer even de tuin in om ‘onkruid’ te wieden!