Op vrijdag 8 november kwam ‘Hoe mooi is Twente wel niet’ uit. In dit boek van Gijs Eijsink beschouwen 63 Twentenaren hun regio. Eén van hen is onze fractievoorzitter Annemieke Wissink. Hieronder lees je haar bijdrage.
Blijf je verwonderen
In 2008 verhuisde ik vanuit Brussel naar Twente, naar Wiene om precies te zijn. Ik trok in bij mijn huidige man op de boerderij van mijn schoonfamilie. Een flinke overgang, van een multinationale metropool naar een buurtschap waar de brievenbus maar één gleuf heeft. Maar ik vond het meteen heerlijk: de rust, de ruimte. Niet alleen in het landschap, maar ook bij de mensen. Het leven gaat hier een tandje langzamer, vriendelijker, gemoedelijker. En dat was precies wat ik goed kon gebruiken.
Toen ik net in Twente was komen wonen fietste ik veel door het prachtige landschap. Ik genoot van de houtwallen, majestueuze eiken en leuke doorkijkjes. En bijna altijd zag ik dieren: hazen, reeën, allerlei vogels. Op een prachtige ochtend in de vroege zomer van 2008 was ik onderweg van ons huis naar Hengevelde. Bij de brug over de Bolscherbeek zag ik iets in het struikgewas bewegen. Even later stak een familie patrijzen de weg over, beide ouders en acht jongen. Verwonderd stond ik een tijdje te kijken. Wat een rijkdom!
Ik geniet nog steeds met volle teugen van Twente. Inmiddels woon ik hier al meer dan 10 jaar. Ik ben hier getrouwd en mijn drie kinderen zijn hier geboren. Hoewel mijn zachte tongval nog steeds een andere herkomst verraadt is Twente echt mijn thuis geworden.
En ik doe mijn best me te blijven verwonderen over de schoonheid. Dat is voor mij niet zo moeilijk, ik ben niet veel gewend. In Brussel woonde ik in een drukke wijk met weinig groen. Ik werkte 60 uur in de week in een groot glazen kantoor en mijn huis had niet eens een balkon. Ook in mijn jeugd was ik niet verwend met een mooi landschap of rijke natuur. Ik ben geboren en getogen in zuidoost-Brabant, een gebied dat vooral bekend staat om zijn grote stallen, rechte kavels en kale landbouwvlaktes.
Twente is prachtig. De mensen zijn vriendelijk, de omgeving is mooi, het is een hele fijne plek om te leven. Het is veel mooier dan mensen die hier geboren en getogen zijn zich, volgens mij, vaak realiseren. En dat vind ik jammer. Voor hen, maar ook voor Twente. Want ik maak me zorgen. Ik zie steeds minder leuke doorkijkjes. Houtwallen verdwijnen en er zijn ook steeds minder dieren te bekennen. Het gaat niet goed met onze natuur en ons landschap. Twente verandert. Het begint hier steeds meer op zuidoost-Brabant te lijken. En hoewel ik trots ben op mijn roots, moet je dat echt niet willen.
Misschien beseffen we ons onvoldoende wat we hebben en zijn we er daarom ook onvoldoende zuinig op. Daarom is mijn oproep aan alle Tukkers: neem Twente niet voor lief, blijf je verwonderen!